Trainingsopbouw
Als je je trainingen gaat voorbereiden, is het verstandig om uit te gaan van een onderscheid tussen een training, een periodieke planning en een jaarplanning.
De training
Het doel van een training is om de speelsters:
- fundamentals aan te leren en te conditioneren op alle gebieden
- als team voor te bereiden op de komende wedstrijd
Om deze twee doelen te kunnen realiseren kun je elke training een aantal vaste trainingsonderwerpen aan de orde laten komen. Het zijn de vaste onderwerpen die in elke training aan de orde kunnen komen en daardoor structuur geven aan de training:
- Warming up – met een focus op voetenwerk, balbehandeling, dribbelen, passen en schieten
- Individuele aanvallende fundamentals – met een focus op dribbelen, passen en schieten
- Teamgerichte aanvallende fundamentals – met een focus op voetenwerk, 2-2, 3-3, 4-4
- Transition en conditionering – met focus op de transitie in twee richtingen; inclusief een competitief element
- Individuele verdedigende fundamentals – met focus op voetenwerk, 1-1, help-aspecten
- Teamgerichte verdedigende fundamentals – met focus op collectieve verdediging
- Setplay/conditionering – met focus op setplays en 5-5 situaties
- Cooling down – met focus op afronding training
Hoeveel tijd je per onderwerp bezig bent, hangt af van het verloop van de oefeningen. Aan elk onderwerp besteed ik meestal ongeveer 10 minuten. Daarnaast is het soms belangrijk om extra tijd aan een bepaald onderwerp te besteden.
Dan gaat dit ten koste van de tijd voor een ander onderdeel. Het is in mijn ogen wel belangrijk om in elke training alle onderwerpen aan bod te laten komen. De meeste trainers hebben een training van 1,5 uur. Wanneer je per training meer tijd hebt (bijvoorbeeld 2 uur) kun je extra tijd aan elk onderwerp besteden, door bijvoorbeeld een extra oefening op een onderwerp toe te voegen. Bij kortere trainingstijden (b.v. 1 uur) kun je de onderwerpen 2 en 3 en 5 en 6 samen voegen.
Periodieke planning
Het is relevant om tijdens het jaar onderscheid te maken in je focus. Zo staat bijvoorbeeld het begin van het seizoen vanzelfsprekend meer in het teken van de individuele ontwikkeling, terwijl je aan het eind van het seizoen wellicht strijd om de play-offs of zelfs het Nationaal Kampioenschap. Dan ligt de focus in je training vanzelfsprekend op een ander niveau. Het onderscheiden van je focus doe je in de zogenaamde periodieke planning.
Per periode werk je bepaalde thema’s of accenten nader uit. De thema’s die aan bod komen, staan tijdens een aantal trainingen centraal waardoor je in zo’n periode de oefeningen op een steeds hoger niveau kunt laten uitvoeren. Vooral voor jeugdteams is het belangrijk om die structuur aan te bieden. Veel trainers hebben de neiging alles tegelijk en door elkaar heen aan te bieden. Het gevolg hiervan is dat het effect van de training niet altijd even goed wordt bereikt.
Het is belangrijk dat met name jeugdcoaches zich sterk moeten maken om thematisch te werken met spelers. Wanneer dit binnen een vereniging structureel gebeurt, levert dit vanzelf resultaten op.
In onderstaand voorbeeld is een seizoen opgedeeld in vijf blokken met per blok 15 trainingen. Aan het eind van elk blok is een z.g ‘repeat week’ ingebouwd. Deze repeat week wordt gebruikt om drie redenen:
- Om de oefenstof te kunnen herhalen
- Om nog niet behandelde oefenstof alsnog te kunnen doen
- Om te testen en te beoordelen hoever de ontwikkeling van de spelers is
Blok | Periode | Focus |
1 | sept-okt | Opbouw individuele vaardigheden |
2 | nov-dec | Opbouw teamaspecten |
3 | jan-half maart | uitbouw individuele vaardigheden |
4 | half maart – mei | teamresultaat centraal |
5 | half mei – eind juni | individuele vaardigheden |
Jaarplanning
Als trainer maak je aan het begin van het jaar een jaarplanning waarin je de onderwerpen benoemt die je tijdens het seizoen aanleert. Dit hangt natuurlijk samen met de periodieke indeling van het seizoen. In je jaarplanning geef je op hoofdonderwerpen aan wat je in welke periode gaat behandelen.
Tijdens de vijf periodes kun je bepaalde thema’s of accenten in je trainingen leggen. Die thema’s zijn vanzelfsprekend inhoudelijk van aard, terwijl de accenten kunnen liggen in vooral het verschil in intensiteit. Dit laatste heeft bijvoorbeeld te maken met de periode van het seizoen waarin je je bevindt met je team.
Natuurlijk is het van belang dat je alle aspecten van de sport zoveel mogelijk aan bod laat komen, maar je kunt niet aan alles evenveel aandacht besteden.
Daarom is het goed de keuzes die je maakt expliciet te maken en op te nemen in je jaarplanning. Naar je speelsters toe, en ook naar je collega-coaches kun je dan jezelf verantwoorden. Bovendien heeft dit het voordeel dat je de leerlijn met trainers die je eventueel opvolgen kunt bespreken.
Een voorbeeld van een thematische aanpak voor een jaar kan er als volgt uitzien:
Blok | Periode | Focus | Aanvallend | Verdedigend |
1 | sept-okt | Opbouw individuele vaardigheden | Voetenwerk, passen, schieten, dribbelen | Voetenwerk 5 commandments |
2 | nov-dec | Opbouw teamaspecten | Setplay, out of bounds | Defensive transition |
3 | jan-half maart | uitbouw individuele vaardigheden | Voetenwerk, passen, schieten, dribbelen | Voetenwerk 5 commandments |
4 | half maart – mei | teamresultaat centraal | Setplay out of bounds | Pressure defense Run and Jump |
5 | half mei – eind juni | individuele vaardigheden | Voetenwerk, passen, schieten, dribbelen | Voetenwerk 5 commandments |
Auteur: Ton Kallenberg